Oud worden in de tuin

Voor ons allemaal komt de tijd dat het lijf een beetje krakkemikkig wordt. Tuinieren gaat dan niet meer zo gemakkelijk. Tijd om de tuin eens met een kritische blik te bekijken. Wat kost de meeste tijd, of de meeste moeite? Soms zijn een paar simpele aanpassingen voldoende om de tuin ‘leeftijdsbestendig’ te maken.

Om te beginnen, de indeling van de tuin. Is die een beetje praktisch? Kleine kronkelpaadjes zijn gezellig, maar het is fijner als de looproute van achterdeur naar schuur en achterom zo kort mogelijk is, over een breed pad zonder hobbels. De bestrating is ook van belang. Tussen kleine, onregelmatige klinkers groeit altijd veel onkruid en het met een mesje plantjes en grasjes tussen de stenen uitpeuteren is een nooit eindigende klus. Het kàn een rustgevende, bijna meditatieve bezigheid zijn, maar niet met een zere rug of stramme knieën. Grotere tegels betekent minder naden, en dus minder onkruid tussen de stenen.

Een gazonnetje lijkt makkelijk, maar dat is schijn. Het moet in de zomer regelmatig worden gemaaid.Vaak zijn de omstandigheden niet ideaal doordat er te veel schaduw is. Het gras groeit niet goed, het komt vol te staan met paardebloemen, mos of ander ongewenst spul dat er weer uitgestoken moet worden. Het ruimtelijke en altijd groene effect van een grasveldje kan ook bereikt worden met lage wintergroene bodembedekkers. Heel geschikt daarvoor is Waldsteinia ternata. Het plantje heeft mooi gevormd donkergroen blad en bloeit vroeg in het jaar met gele ‘aardbeibloemetjes’. Ik weet het, geel is velen van u een gruwel, maar als Waldsteinia eenmaal goed gevestigd is en een mooi gesloten tapijt heeft gevormd, heeft hij de neiging om niet meer te bloeien. Een veldje bodembedekkers kan eventueel nog verlevendigd worden met wat stapstenen of een mooie lage heester.

Borders met vaste planten zijn vaak tijdrovend. Het kan de moeite waard zijn om die opnieuw in te richten. Onkruid wieden en opbinden van omvallende planten is niet nodig als er gekozen wordt voor sterke soorten die dicht op elkaar worden geplant. Als er geen licht meer op de aarde valt doordat de bodem bedekt is met planten, ontkiemen onkruidzaden niet. Maak de borders niet te groot, zodat u er aan alle kanten goed bijkunt. Een smal pad tussen border en heg vergemakkelijkt meteen ook het snoeien van de hagen.
Het is ook mogelijk om een stukje border op te tillen door de planten in een verhoogde bak te zetten. Een brede rand zorgt ervoor dat u zittend kunt tuinieren.

De winterbeurt slaan we in het vervolg gewoon over. Het is beter voor de planten en voor de insekten en vogels in de tuin om de planten in het najaar rustig af te laten sterven. In het voorjaar kan dan afgeknipt worden wat er tegen die tijd nog overeind staat. Dat scheelt weer tijd en moeite!
Voor zware klussen zoals het snoeien van de hagen, struiken en bomen, en het opnemen en scheuren van planten, zou u twee keer in het jaar een hovenier kunnen laten komen.

Voor wie zo veel mogelijk zelf in de tuin wil blijven werken, zijn er ook allerlei handige hulpmiddelen, zoals lichtgewicht gereedschap met ergonomische handgrepen, of aan lange stelen zodat u niet hoeft te bukken. Voor veel knipwerk in de tuin is geen zware snoeischaar nodig, een lichte bloemenschaar is vaak genoeg en werkt prettiger. Een knielkrukje en een laag krukje om op te zitten zijn ook fijn.
Tuinieren is goed voor lichaam en geest, dus hoe langer we er mee door kunnen gaan, hoe beter!