Al is het nog zo gezellig hier in de wijk, in de tuin willen we toch wel graag wat privacy. Er moet een afscheiding omheen, zodat we ons vrij kunnen voelen in onze eigen tuin. Eigenlijk is de omheining ook wat een tuin tot een tuin maakt. De herkomst van het woord geeft dat al aan: ’tuin’ is afgeleid van het Middelnederlandse tuun of thuun. Een tuun is een vlechtwerk van (wilgen)tenen dat de middeleeuwers gebruikten om stukken grond te omheinen.
De eerste keuze waar u voor komt te staan bij een tuinafscheiding is een kwestie van leven of dood: wordt het een heg of een schutting?
Een schutting heeft zeker voordelen: hij neemt weinig ruimte in beslag, wat natuurlijk prettig is in een kleine tuin. Bovendien geeft hij meteen de verlangde privacy, een groter gevoel van veiligheid en vraagt weinig of geen onderhoud. Afschrikwekkend zijn natuurlijk de beelden van nieuwbouwwijken waar de ene Gamma-schutting naast de ander verrijst. Maar een schutting hoeft helemaal niet lelijk te zijn. Alleen, een mooie schutting zult u wel zelf moeten maken. Het mooiste is een afscheiding van smalle, verticaal geplaatste latten. Dit geeft een rustig beeld en harmonieert goed met de opgaande beplanting. Tropisch hardhout vergrijst mooi, maar botst met het geweten. Koop in elk geval nooit hout zonder een FSCkeurmerk. FSC staat voor Forest Stewardship Council. Dit keurmerk garandeert dat het hout afkomstig is uit verantwoord beheerde bossen. Europees hardhout, kastanje of robinia, is helaas nog moeilijk verkrijgbaar. Als u het hout toch wilt beitsen, volstaat ook gewoon grenenhout.
Wit komt op je af
De kleur van de schutting is wel belangrijk. In kleine, wat donkere tuinen, zie je vaak een witgeverfde schutting achterin. Het idee is natuurlijk de tuin zo wat lichter te maken, maar het voornaamste effect is dat de tuin veel kleiner lijkt. Dat komt omdat lichte kleuren op je afkomen. Daarom moet je ook nooit witte bloemen of een wit bankje achterin de tuin zetten. Het is beter om de schutting heel donkergroen of -bruin, of zelfs zwart te maken. Met wat flinke planten ervoor ontstaat dan een donkere, beschaduwde plek en doordat de achtergrond, door bebouwing, ook donker is, valt de schutting bijna weg en lijkt de tuin groter. Ook is het belangrijk de afscheiding niet aan elke kant hetzelfde te maken. Dat geeft nogal een opgesloten gevoel, alsof je in een doos zit. De omheining hoeft misschien niet overal even hoog, of kan ook gedeeltelijk transparant zijn.
Behalve hout zijn er ook allerlei andere natuurlijke materialen waarmee een afscheiding gemaakt kan worden, zoals riet, heide of bamboe. De levensduur hiervan is echter beperkt. Vaak worden dergelijke matten bevestigd aan een hekwerk van betongaas en gecombineerd met klimplanten. Tegen de tijd dat het riet begint te vergaan hebben de klimmers voor een mooie groene wand gezorgd. Gewoon betongaas en direct klimop ertegenaan geeft ook een prachtige wintergroene muur.
Ten slotte kunnen we ook nog een heg planten. Het nadeel van een heg is dat hij veel ruimte inneemt, verzorging nodig heeft (snoeien, bemesten), en tijd nodig heeft om te groeien. Aan de andere kant trekken hagen weer veel vogels en insecten aan en ze dempen het geluid beter dan een schutting. Een bladverliezende haag geeft in de winter minder privacy, maar laat dan wel meer licht toe in de tuin. Groenblijvende hagen, vooral coniferen, onttrekken erg veel vocht en voeding aan de grond waardoor planten zich moeilijk kunnen handhaven. Langs een pad is dat natuurlijk geen probleem. Mogelijkheden genoeg om de tuin mooi te omheinen. Ook de tuun komt weer helemaal terug, maar die past waarschijnlijk beter in een meer landelijke omgeving.