Vroege bloeiers

Wat is het toch altijd een feest, als eindelijk na die lange grijze winter, de eerste tekenen van het voorjaar zich weer aandienen. Meestal zijn het bollen die als eerste weer kleur geven aan de tuin. Sneeuwklokjes openen het seizoen, al snel gevolgd door krokussen, anemoontjes en narcissen. Maar sommige vaste planten zijn er ook al vroeg bij. Met vroegbloeiende vaste planten en bollen kunnen mooie combinaties worden gemaakt.

Heel vroeg zijn de verschillende soorten kerstrozen waar ik al eerder over schreef. Ze bloeien in februari en zijn leuk met sneeuwklokjes en maartse viooltjes. Een andere bekende vroege bloeier is het longkruid, Pulmonaria. Omdat de langwerpige groene bladeren met witte vlekken een beetje op een long lijken, werd de plant vroeger gebruikt als geneesmiddel bij longziekten. De naam Pulmonaria is ook afgeleid van het Latijnse woord voor long, ‘pulmo’. Bij veel soorten verkleuren de bloemen van roze naar blauw. Het lijkt wel of er twee verschillende kleuren bloem aan een plant zitten. Zelf vind ik de soorten die niet verkleuren mooier. Als eerste bloeit, soms al in februari, Pulmonaria rubra, met rozerode bloemen en dofgroen ongevlekt blad.
Pulmonaria officinalis‚ ‘Sissinghurst White’ is een witte, met mooi gevlekte bladeren. Het ruw behaarde blad is wintergroen en blijft het hele jaar mooi. Als het toch lelijk wordt kan het afgeknipt worden en met behulp van wat extra mest en water zal hij zich weer snel herstellen. Longkruid is een goede plant voor een plekje in de (half)schaduw, maar als de grond niet te droog is doet hij het ook goed in de zon.

Longkruid hoort bij de Boraginaceae, de familie van de ruwbladigen. Deze familie kent nog meer vroege blauwe voorjaarsbloeiers, zoals het tweejarige vergeet-mij-nietje, dat zich overal uitzaait als het de kans krijgt.
Brunnera, de Kaukasische vergeet-mij-niet is een vaste plant met vergelijkbare, iets feller gekleurde blauwe bloemetjes. Dit is een mooie plant om te combineren met tulpen en narcissen. Het grote, ruwe, hartvormige blad komt pas tot ontwikkeling na de bloei en kan dan het afstervende loof van de bollen mooi camoufleren.
Brunnera macrophylla‚ ‘Jack Frost’ heeft mooi zilverkleurig blad met donkergroene nerven en ‘Betty Bowring’ heeft witte bloemetjes.
Een grotere en opvallender verschijning is de judaspenning. Een tweejarige plant die zich her en der zal uitzaaien en bloeit met trossen paarse bloemetjes, ongeveer een meter hoog. Hij heeft zijn naam te danken aan de ronde vruchtdozen. De zilverwitte tussenschotten blijven de hele winter mooi en vormen lichtpuntjes in de overwegend bruin geworden tuin. Er
bestaat ook een vaste judaspenning met ovale vruchten, maar die is helaas moeilijk verkrijgbaar.

Onder de wolfsmelksoorten zijn ook veel vroege bloeiers te vinden. Ze hebben bijna allemaal geelgroene bloemen die goed passen bij alle kleuren tulpen. Euphorbia amygdaloides ‘Purpurea’ heeft mooi roodachtig blad. Een andere mooie soort is Euphorbia cyparissias, de cipres-wolfsmelk, met fijn lichtgroen blad. De meeste wolfsmelken hebben een wit, giftig sap in hun stengels dat vroeger ook (in kleine doseringen!) als geneesmiddel werd gebruikt.
Erysimum cheiri, de muurbloem, is een tweejarige plant waar ze vooral in Engeland gek op zijn. Hij bloeit van april tot juni in allerlei kleurtjes geel, rood en oranje en geurt heerlijk. Het is een leuke losse plant om te combineren met de altijd wat stijve tulpen. De soort ‘Bowles Mauve’ wordt hier verkocht als vaste plant, maar zal een strenge winter niet overleven. Hij is wel prachtig, met grijs blad en lichtpaarse bloemen. Een belangrijke bijdrage aan de voorjaarstuin wordt geleverd door iets later bloeiende vaste planten waarvan het blad zich al heel vroeg ontwikkelt. Voorbeelden daarvan zijn akelei, daglelie en gebroken hartje. Tegen het frisse groen van de zich ontvouwende planten komen de voorjaarsbollen veel mooier uit. Het blad van Geranium macrorrhizum blijft in de winter groen en ziet er al vroeg in voorjaar fris uit.
Lage groenblijvende bodembedekkers zoals maagdenpalm en Waldsteinia kunnen ook een goede ondergrond zijn voor bollen.

Ten slotte nog een pleidooi voor een geel bloeiende plant. We worden allemaal vrolijk van gele narcissen, waarom dan eigenlijk ook niet van de gele margrieten van de voorjaarszonnebloem? Doronicum orientale bloeit al in april en wordt ongeveer 45 cm hoog. Het ronde, hartvormige blad loopt al vroeg uit, maar verdwijnt vrij snel na de bloei. Het is dus een plant voor een plekje achterin de border, waar hij later kan verdwijnen achter andere hogere planten.