Eerste hulp voor bijen

Het jaar 2012 is uitgeroepen tot het jaar van de bij. Het zal niemand ontgaan zijn dat de bijen het moeilijk hebben. Dit is een zorgelijke ontwikkeling, want ongeveer een derde van onze voedselproductie is afhankelijk van de bestuiving door bijen.

Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen voor de achteruitgang van de bijenstand. Een daarvan is het gebruik van pesticiden in de landbouw. Dat zorgt niet alleen direct voor sterfte onder de bijen, maar ook indirect doordat er veel minder wilde bloemen zijn. Bijen hebben moeite om genoeg nectar en stuifmeel te verzamelen. Ook is er te weinig variatie in stuifmeel. Daardoor verzwakken ze en zijn minder goed opgewassen tegen ziekteverwekkers zoals de varrao-mijt waaraan ’s winters regelmatig hele volken bezwijken. Behalve de honingbijen, die in groepen samenleven, komen er in ons land nog 350 andere bijensoorten voor. Dit zijn vooral solitaire bijen. Zij hebben het extra moeilijk omdat het voor hen steeds moeilijker wordt om broedplaatsen te vinden. Ze gebruiken het liefst natuurlijke holletjes, gaten en scheuren in oud hout en verweerde muren, om hun broedsel in groot te brengen. Doordat er de laatste 50 jaar in de bouw veel gebruik is gemaakt van beton en kunststoffen, zijn er steeds minder geschikte plekjes te vinden. Door de verschraling van de natuur en landbouwgebieden worden de bijen steeds afhankelijker van parken en tuinen. Ze bieden een grotere variatie aan bloemen en er wordt nauwelijks gif gebruikt. Tegenwoordig vinden bijen in de stad meer voedsel dan op het platteland. Het houden van honingbijen is dan ook een nieuwe stadse hobby aan het worden en heeft zelfs een naam gekregen: urban beekeeping. In Parijs, New York en sinds kort ook Amsterdam, staan al heel wat bijenkorven op daken en balkons.

In onze eigen tuinen kunnen we de bijen helpen door drachtplanten aan te planten en insectenhotels te bouwen. Een drachtplant levert stuifmeel en/of nectar en de beste zijn aantrekkelijk voor honingbijen, solitaire bijen en hommels. Als extraatje trekken ze vaak ook nog vlinders aan. Solitaire bijen leggen meestal geen grote afstanden af, dus het is belangrijk dat voedselvoorraad en broedgelegenheid vlak bij elkaar liggen. Op internet zijn veel voorbeelden te vinden van insectenhotels en beschrijvingen hoe je ze zelf kunt maken. Een eenvoudig hotelletje hoeft niet veel groter te zijn dan een vogelnestkastje, dus er is altijd wel een plekje voor te vinden. Als de open kant maar zoveel mogelijk naar het zuiden is gericht. Een kastje kan eenvoudig gevuld worden met allerlei holle stengels. Of neem een blok hout en boor er gaten in met verschillende doorsnedes. Behalve bijen zal het hotel ook andere insecten aantrekken, zoals verschillende soorten vliegen en (ongevaarlijke) wespen. Wat ook helpt, is om de tuin in het najaar niet op te ruimen, maar alles rustig af te laten sterven. In de dode stengels vinden solitaire bijen en allerlei andere insecten ’s winters een schuilplaats.

Gelukkig zijn veel goede drachtplanten ook mooie tuinplanten Als je met je plantenkeuze rekening wilt gaan houden met bijen is het belangrijk om er op te letten dat er het hele jaar door iets bloeit. Het is vooral belangrijk om in september en oktober nog bloeiende planten te hebben, want dan proberen bijen nog zoveel mogelijk voedsel te verzamelen om goed de winter door te kunnen komen.

In het vroege voorjaar zijn er kerstrozen en bolletjes als scilla en narcis. Andere voorjaarsbloeiers zijn holwortel, longkruid, Kaukasische vergeet-mij-niet, schoenlappersplant en akelei. In de zomer bloeien de tuingeraniums, klokjesbloemen, kattekruid, dropplant, geitebaard, bergsteentijm, Zeeuws knoopje, duifkruid, Knautia, Liatris, ijzerhard en floxen. Een kruidenhoekje met rozemarijn, salie, tijm, lavendel en oregano is leuk en lekker voor jezelf maar ook heel aantrekkelijk voor bijen en vlinders.
Onmisbaar in het najaar zijn hemelsleutel, herfstaster, koninginnekruid, duizendknoop, Helenium, Rudbeckia en monnikskap.

Met het aanplanten van een aantal van bovengenoemde plantensoorten en het plaatsen van een klein insectenhotel, help je niet alleen de bijen, maar doe je ook jezelf een plezier: het insectenbezoek maakt de tuin boeiend en levendig.